Een dieselmotor heeft altijd brandstofinspuiting. De vorming van het brandstof-luchtmengsel begint pas, als de dieselbrandstof tegen het eind van de inlaatslag wordt ingespoten.
DIESELBRANDSTOFINSPUITING MET LAGEDRUKINSPUITPOMP
Uitvinder: Herbert Akroyd (Engeland, 1890). Vanzelfsprekend heette die motor toen nog geen dieselmotor.
DIESELBRANDSTOFINSPUITING MET HOGEDRUKINSPUITPOMP
Eerste fabrikant: Bosch (Duitsland, 1914). De dieselmotor was tot dusverre alleen geschikt geweest als stationaire motor. Pas na de uitvinding van de dieselinspuitpomp kwam daar verandering in. Na circa tien jaar begon de dieselmotor gaandeweg uit te groeien tot een regelrechte concurrent van de benzinemotor.
COMMON-RAIL DIESELBRANDSTOFINSPUITNG
Eerste auto: Fiat (Italië, 1993). Hierbij perst de dieselinspuitpomp de dieselbrandstof onder zeer hoge druk in een ‘common rail’ (letterlijk: vat voor gemeenschappelijk gebruik). Vandaaruit lopen leidingen naar elektronisch gestuurde verstuivers (voor elke cilinder één). Common-rail was oorspronkelijk ontwikkeld voor dieselmotoren, maar wordt tegenwoordig ook gebruikt bij benzinemotoren met directe inspuiting. Fiat-dochter Elasis was de oorspronkelijke uitvinder van common-rail-brandstofinspuiting. In 1994 nam Bosch (Duitsland) Elasis van Fiat over, inclusief alle patenten betreffende de common-rail-brandstofinspuiting.