Bij een lopende band voert een bewegende band het product-in-wording op een lage maar constante snelheid langs een rij afwachtende monteurs, die allemaal voortdurend dezelfde handelingen verrichten.
1776. In die tijd bestonden er nog geen fabrieken van een omvang, die de aanleg van een lopende band rechtvaardigde. Uitvinder van de voorloper van de lopende band: A. Smith (Amerika).
Cartoon by Rens Biesma.
1860. Eerste fabriek met een lopende band in een fabriek: Colt (Amerika). Wapenfabrikant Colt (bekend van het Wilde Westen) bracht als eerste het lopende-band-principe van Smith in de praktijk. Nu gaat dat met revolvers beter dan met auto’s. Vandaar dat dit fenomeen in autofabrieken nog even op zich liet wachten.
1901. Eerste autofabrieken met de voorloper van de lopende band: De Dion-Bouton (Frankrijk), Lanchester (Engeland) en, Olds (Amerika). Hier was nog sprake van een voorloper van de moderne lopende band, waarbij de auto’s-in-aanbouw op platte karretjes langs de rij wachtende monteurs werden geduwd.
1913. Eerste autofabriek met een lopende band: Ford (Amerika). De lopende band zoals bij Ford (Amerika) moet de oude toekomstgoeroe A. Smith voor ogen hebben gestaan. Ford pikte het idee op bij de veeslachterijen van Chicago. Het aantal voor de productie van één auto benodigde man-uren werd daardoor teruggebracht van 12,5 naar 6. Daardoor rolden er in 1917 zeshonderd kant-en-klare auto’s per dag de fabriek uit. Tussen 1908 en 1927 werden meer dan 15 miljoen T-Fords gebouwd.