Een veiligheidsgordel is een passieve veiligheidsvoorziening voor inzittenden van een auto. Deze werd naderhand aangevuld met de gordelbrenger, de gordelspanner en de gordelkrachtbegrenzer.
VOORGESCHIEDENIS
Een onbekende Engelsman wilde in 1825 de inzittenden van koetsen met gordels vastzetten. Dat was geen slecht idee, gezien de conditie van de toenmalige wegen.
Uitvinder van de veiligheidsgordel voor treinen: George Cayley (Engeland, 1840). Ook hier ging het nog niet om bescherming bij een botsing, maar om bescherming tegen het hotsebotsen van de trein. De rails lagen er toen nog niet zo mooi bij als tegenwoordig.
Uitvinder van de veiligheidsgordel voor gewondentransport: Edward Claghorn (Amerika, 1886).
Uitvinder van de veiligheidsbeugel bij achtbanen: Phillip Schwarzmiller (Amerika, 1896).
NIET-AUTOMATISCHE VEILIGHEIDSGORDEL
Eerste auto met veiligheidsgordel: Baker Electric (Amerika, 1902). In deze elektrische snelheidsrecordauto zaten de stuurman en de ‘gasgever’ achter elkaar, met elk twee veiligheidsgordels kruislings over de borst. Dat was maar goed ook, want de auto crashte zonder dat de beide inzittenden ernstig gewond raakten.
Eerste personenauto met veiligheidsgordel: Automerk: George Flyer (Amerika, 1908). Deze auto was speciaal geprepareerd voor een grote rally. Er was dus nog lang geen sprake van standaard montage.
Uitvinder van de veiligheidsgordel voor personenauto’s: Richard Radke (Duitsland, 1908). Radke ontwierp een veiligheidsgordel met twee schouderlussen en een veer. Deze gordel werd echter nooit in een auto toegepast.
Eerste auto met veiligheidsgordels met één rubberen schouderlus: Phoenix (Duitsland, 1927). Deze veiligheidsgordel werd alleen in auto’s van dit merk toegepast.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog gebruiken (veelal Amerikaanse) jachtvliegers veiligheidsgordels om niet tijdens luchtgevechten uit hun stoel te vallen. Om die reden werden in het na-oorlogse Amerika de eerste veiligheidsgordels in de praktijk getest. Eerste personenauto met veiligheidsgordels: Nash (Amerika, 1949). In een periode dat niemand in Amerika zich voor passieve veiligheid interesseerde, durfde men bij Nash al als optie veiligheidsgordels aan te bieden. Met maar liefst zeven bevestigingspunten waren deze gordels echter veel te ingewikkeld in het gebruik, zodat ze na een korte proefperiode weer uit de verkoop werden gehaald.
In de autosport hebben veiligheidsgordel alleen maar zin in combinatie met een rolbeugel. In 1959 werden beiden op Indianapolis verplicht werd gesteld. In Europa kwam men voor de Formule 1 in 1961 nog niet verder dan een aanbeveling, waarop niemand reageerde (vaak uit angst voor brand). Maar goed ook, want men was vergeten om de sterkte van die rolbeugels reglementair waterdicht te omschrijven. In 1967 liet veiligheidsapostel Jackie Stewart als eerste een vierpuntsgordel in zijn auto monteren. In 1968 beval de FIA dezespuntsgordel aan, een jaar later omgezet in een verplichting tot montage en pas in 1972 in een verplichting tot dragen.
Eerste auto met heupgordels: Ford (Amerika, 1955). Niet-automatisch werkend. Dit is de meest elementaire veiligheidsgordel. Hij is slechts op twee plaatsen met de carrosserie verbonden en loopt via de heupen van de inzittende van de ene naar de andere kant van de stoel.
Uitvinder van de driepuntsgordel: Nils Bohlin (Zweden, 1958). Bohlins werkgever Volvo patenteerde zijn uitvinding bewust niet, omdat men van mening was dat iedereen recht had op deze levensreddende uitvinding. In de autosport werd op Indianapolis het dragen van een veiligheidsgordel verplicht gesteld. De Formule 1 volgde pas in 1972.
Eerste auto met diagonaalgordels: Mercedes-Benz (Duitsland, 1961). Een diagonaalgordel is met slechts twee punten aan de carrosserie bevestigd. Hij loopt van de B-dakstijl (hoog) diagonaal over de borst van de inzittende naar de andere kant van de stoel (laag). Deze veiligheidsgordel werkte nog niet automatisch.
Tsjecho-Slowakije werd in 1969 het eerste land waar het dragen van de veiligheidsgordel verplicht werd gesteld.
VEILIGHEIDSGORDEL VOOR KINDEREN
Uitvinder van de veiligheidsgordel om kinderwagens in de auto vast te zetten: George Pounce (Engeland, 1903).
Uitvinder van de veiligheidsgordel voor kinderen: Jean Ames (Engeland, 1982). Vier jaar eerder was al de veiligheidsgordel voor honden uitgevonden. Vandaar was het nog maar een kleine stap, want voor een veiligheidsgordel voelt een hond en een kind nagenoeg eender aan.
Eerste auto met een veiligheidsgordel voor kinderen: Mercedes-Benz (Duitsland, 1973). In 1996 werden die voorzien van een kinderzitherkenningsysteem, waarbij de ‘impact’ van de airbag werd aangepast aan de (geringe) massa van de persoon, die op de betreffende stoel zit.
AUTOMATISCHE VEILIGHEIDSGORDEL
Uitvinders van de automatische veiligheidsgordel: Roger W. Griswold en Hugh DeHaven (Amerika, 1956). Deze was op drie punten aan de carrosserie bevestigd. ‘Automatisch’ wil zeggen dat hij meegeeft als de inzittende zich langzaam naar voren buigt, maar blokkeert bij plotselinge lichaamsbewegingen. Deze veiligheidsgordels werden al spoedig toegepast in passagiersvliegtuigen. Het duurde echter nog twaalf jaar voordat de eerste Amerikaanse autofabrikant (Ford, 1968) daar klaar voor was.
Eerste auto met automatische veiligheidsgordels met hoogteverstelling: Volvo (Zweden, 1972).
Eerste auto met automatische veiligheidsgordels met gordelspanner: Mercedes-Benz (Duitsland, 1980). Een gordelspanner spant de veiligheidsgordel vlak vóór de botsing om het lichaam van de inzittende aan en heft zo alle speling tussen de veiligheidsgordel en het lichaam op.
Eerste auto met automatische veiligheidsgordels met gordelkrachtbegrenzer: Mercedes-Benz (Duitsland, 1995). Het menselijk lichaam kan niet onbeperkt krachten opnemen zonder beschadigingen op te lopen. Daarom laat een gordelkrachtbegrenzer de veiligheidsgordel iets slippen op het moment, dat de op het lichaam uitgeoefende kracht te groot dreigt te worden. In 1998 bracht Mercedes-Benz een tweefase-gordelkrachtbegrenzer uit.
VEILIGHEIDSGORDEL EN AUTOSPORT
In 1902 reed er in Amerika een elektrisch aangedreven snelheidsrecordauto, die in vele opzichten wel door Jules Verne ontworpen had kunnen zijn. Deze Baker Electric ‘Torpedo’ (Baker Electric is een bekend merk van … elektrische taxi’s) was de allereerste auto waarin veiligheidsgordels werden gebruikt. Coureur en bijrijder zaten met kruislings over het lichaam aangebrachte gordels stevig op hun stoel vastgesnoerd. Dat was maar goed ook, want het ding verongelukte op hoge snelheid. Gelukkig bleven beide inzittenden nagenoeg ongedeerd. Tijdens de Tweede Wereldoorlog gebruikten (veelal Amerikaanse) jachtvliegers veiligheidsgordels om niet tijdens luchtgevechten uit hun stoel te vallen. Om die reden werden in het na-oorlogse Amerika de eerste veiligheidsgordels in race-auto’s getest. Met de komst van rolbeugels (circa 1955 werden veiligheidsgordel ook op Indianapolis steeds populairder, totdat in 1959 na een aantal dodelijke ongelukken het gebruik verplicht werd gesteld. In Europa kwam de FIA voor de Formule 1 in 1961 nog niet verder dan een aanbeveling, waarop niemand reageerde (vaak uit angst voor brand). Achteraf prima, want de FIA vergat om de (wel verplichte) rolbeugels reglementair waterdicht te omschrijven. Die bleven dus nog jarenlang van inferieure kwaliteit, omdat ze bewust te licht waren geconstrueerd om gewicht te besparen. In 1967 gaf veiligheidsapostel Jackie Stewart het goede voorbeeld door een vierpuntsgordel in zijn auto te laten monteren. In 1968 beval de FIA een zespuntsgordel aan, een jaar later omgezet in een verplichting om die in Formule 1-auto’ste monteren. Het werd echter nog steeds aan de coureur overgelaten of hij deze wilde gebruiken of niet. Vanaf 1972 werd de draagplicht eindelijk verplicht gesteld.