Met een versnellingsbak kan men de overbrengingsverhoudingen aanpassen tussen het toerental van de motor (via de ingaande as) en het toerental van de aangedreven wielen (via de uitgaande as). De koppeling, de automatische transmissie en de eindoverbrenging worden elders in dit document behandeld.
AANTAL VERSNELLINGEN
Uitvinder van de ‘versnellingsbak’ met één versnelling vooruit en één achteruit: Joseph Nicolas Cugnot (Frankrijk, 1769). Hier was in feite nog geen sprake van een versnellingsbak maar slechts een omkeerinrichting.
Eerste auto met een versnellingsbak met twee versnellingen vooruit: Benz (Duitsland, 1886).
Eerste auto met een versnellingsbak met achteruitversnelling: Benz (Duitsland, 1886). Volgens de catalogus van Daimler was de achteruitversnelling alleen als optie leverbaar. Van dit automodel is er echter nooit één exemplaar met een achteruitversnelling verkocht.
Eerste auto met een versnellingsbak met vier versnellingen vooruit: Daimler (Duitsland, 1889).
Afbeelding 1 – Renault (1906).
Eerste auto met een versnellingsbak met vijf versnellingen vooruit: Luc Court (Frankrijk, 1898).
Eerste auto met een versnellingsbak met zes versnellingen vooruit: Padus (Italië, 1906). Een echte pionier. Pas een kleine eeuw later werd de zesversnellingsbak populair.
Eerste auto met een versnellingsbak met zeven versnellingen: Maybach (Duitsland, 1937).
Afbeelding 2 – Peugeot (1912).
SCHAKELSYSTEMEN
Eerste auto met een constant-mesh-versnellingsbak: Soames (Engeland, 1903). Bij een constant-mesh-versnellingsbak zijn alle tandwielsets, zowel onder aandrijving als loos meedraaiend, voortdurend met elkaar in aanraking.
Eerste auto met een close-ratio-versnellingsbak: Peugeot (Frankrijk, 1912, zie afbeelding 2). Het voordeel van een close-ratio-versnellingsbak is, dat dankzij een ‘lange’ eerste versnelling de overige overbrengingsverhoudingen dichter bij elkaar liggen.Het betrof hier een Grand Prix-auto. Een dergelijke voorziening kan vooral in de autosport van belang zijn. Nadeel: een langere eerste versnelling.
Eerste auto’s met een synchromesh-versnellingsbak: Cadillac en LaSalle (Amerika, 1928). Bij een versnellingsbak bepaalt de motor het toerental van het tandwiel op de primaire as. De aangedreven wielen bepalen het toerental van het tandwiel op de secundaire as. Voordat de beide assen met elkaar in verbinding worden gebracht, maakt de synchromesh-inrichting de toerentallen gelijk door mechanische wrijving op te wekken.
De Mercedes-Benz van 1954 (zie de afbeelding 3) is de enige Formule 1-auto ooit met een gesynchroniseerde versnellingsbak.
Afbeelding 3. Mercedes-Benz (1954).
WIJZE VAN SCHAKELEN
Eerste auto met stuurschakeling: Benz (Duitsland, 1886). Het schakelen vond plaats via een hendel in een kwadrant (een kwart cirkelboog) ter hoogte van het stuurwiel.
Eerste auto met stuurschakeling in een horizontaal H-patroon: Packard (Amerika, 1897). Dus zoals tegenwoordig nog gebruikelijk.
Eerste auto met stuurschakeling in een verticaal H-patroon: La Silencieuse en Vinot et Deguingand (Frankrijk, 1901).
Eerste auto met voetschakeling: Adams (Engeland, 1905). Bij deze auto moest dus worden geschakeld met de linkervoet. Aan zijn tweeversnellingsbak ontleende Adams de slogan ‘Pedals to push – that’s all.’
Eerste auto met vloerschakeling: Fafnir (Duitsland, 1908). Het schakelen vond hier plaats via wat wij nu een schakelpook noemen (zie afbeelding 2).
Eerste auto met elektrische stuurschakeling: SGV (Amerika, 1911). Dit ‘Vulcan Electric Shift’-systeem werkte met behulp van knoppen. Pas na 47 jaar werd dit schakelsysteem herontdekt door Ford.